Vorige week overleed mijn goede vriend en oud collega Ton. Een hersenbloeding. Het eind kwam snel: twee dagen. Vandaag was mijn laatste ontmoeting met hem: zijn uitvaart. Een Scheveninger die in De Bilt belandde, een fysiotherapeut die personeelsmanager werd en daarna trainer, verhalenverteller en clown..

De ceremonie was in een kerk in Bilthoven. Een goede locatie; een familiedominee die af en toe voorzichtig iets zei uit het formele geloof. Deed me aan mijn ouders denken… Bij de voorbereiding van de uitvaart van mijn vader zei mijn moeder tegen  dominee Marian: “Je weet wel hoe wij erover zijn gaan denken, Marian, het woord ‘God’ mag niet vallen tijdens de uitvaartplechtigheid”.

Een volle zaal. Verhalen over een man die hield van zijn familie, zijn kinderen en kleinzonen, hield van spelen en van verhalen vertellen, Dus verhalen werden verteld, en gespeeld werd er bijvoorbeeld doordat zijn collega en vriend Frans de rode neus opzette en de hele kerk aan het schateren bracht.

Een dochter die stralend vertelde over haar ook spirituele relatie met haar vader. Een zoon die het gedicht van de rouwkaart ten gehore bracht met piano en zang in Blues arrangement, zijn verhaal hield,  en daarna nog een ballad zong en speelde.

Een therapeut die een kort verhaal hield over fysieke klachten en daarna solo en zonder begeleiding een gospel zong: Bridge over troubled water.

Bij de wandeling naar het graf vloog een meeuw over – in De Bilt!

Zijn vrouw van Indische / Molukse oorsprong benoemde de culture clash die hun relatie in het Scheveningen van 1966 teweegbracht. Er was spekkoek, en een Moluks koor ging de stoet zingend voor van de kerk naar het graf. Waar Schevenings zand  klaarstond om op de kist te scheppen.

Een waardig afscheid voor mijn lieve vriend en oud-collega Ton Knoester.

Dank je voor je leven, Ton.