In de NRC van vandaag een stuk over de kwaliteit van het OM; in de media vandaag berichten over een rapportage over de NVWA (De Nieuwe Voedsel en Waren Autoriteit)

Eerder deze week een bericht van verontruste waterbouwers over het gebrek aan deskundigheid bij het beheer van de Oosterscheldekering.

Wie wil een kleinere overheid en waarom?

Het bespaart kosten, zo’n kleinere overheid. En het voorkomt overlast. Al die ambtenaren die zich overal mee bemoeien…

Ja, bemoeizuchtige ambtenaren, daar houden wij niet van. Maar uit de tijd dat ik nog bij het Rijk werkte weet ik dat de grote aantallen niet zitten in de beleidsambtenaren (die van de regels)  maar in de uitvoerders bij een aantal grote diensten. Gevangeniswezen, Rijkswaterstaat, Belastingdienst. En wat ik nu zie: ook de inspecties en het OM. Daar moet gewoon productie geleverd worden, en liefs een beetje zorgvuldig.

Dan willen we als burger gewoon goede en betrouwbare dienstverlening. Er zijn pogingen om ervoor te laten betalen; griffierechten om te mogen procederen. Maar ja… wat als juist de laagstbetaalden voornamelijk procederen tegen onjuiste besluiten van de overheid?

Die hele discussie over “echte bezuiniging” of lastenverzwaring gaat over vestzak/broekzak. En over afwenteling van het probleem op de laagstbetaalden.

Investeren in de kwaliteit van die diensten hoeft misschien niet eens zoveel meer te kosten – ja een beetje wel – maar misschien gaat het meer over verwaarloosde organisaties. Het gaat – ook – over aandacht, respect, erkenning, vertrouwen  enerzijds en  deskundigheid, trots,  procesbewustzijn anderzijds. Als je maatschappelijk geminacht wordt heeft dat een groot effect op je functioneren. Of je gaat ergens anders werken, waar je wel gewaardeerd wordt… als je de kans krijgt.
Maar voor niks kan het niet.

Je moet wat over hebben voor een fatsoenlijk werkende overheid. Leuke stelling voor zo’n discussieprogramma op Radio 1..