Archives for posts with tag: zweefvliegen

WP_20160513_005 - kopieVrijdag 13 mei was ik even in Leeuwarden. De aanleiding was een overleg met een Friese zweefvlieger die al heel lang – ook professioneel, als leraar / instructeur – schrijft over zweefvliegen. Tegenwoordig ben ik lid van het Afdelingsbestuur Zweefvliegen van de KNVvL, met als speciale taak PR en communicatie. Een goed excuus om het land door te reizen om Belangrijke Mensen op dit gebied te ontmoeten.

Maar natuurlijk doe ik ook nog even wat aan mijn andere hobby: kunst en cultuur.

In Leeuwarden is het Fries Museum, met een mooie collectie voorwerpen gerelateerd aan Friesland. En in een nog tamelijk nieuw gebouw aan het Zaailand… waar die dag ook de markt, met de regionale specialiteiten en verder alles wat je zoal op de markt kunt aantreffen. En speciaal voor mij: Mijn Teva’s  (oftewel Jesus’Nikes) waren na 14 jaar versleten en voor die sandalen zocht en vond ik een leverancier: Bever in Leeuwarden, om de hoek bij het Fries Museum..

In het Fries Museum is op dit moment een tentoonstelling van Claudy Jongstra met haar textielwerk; ze heeft inmiddels een heel imperium waarin ze van haar eigen schapen de wol oogst, en van een botanische plantentuin de planten voor de verf. Bovendien geeft ze mensen de mogelijkheid voor een leer-werkplek. Prachtig toch? In het Fries Museum zijn naast haar producten ook elementen te zien die in het voorstadium voorbijkomen.

 

WP_20160513_003 - kopie

En je mag zelf ook ervaren hoe het is… met bakken vol naturel  en geverfde wol, kaartjes en draden om te weven.

WP_20160513_002 - kopie

Die eindproducten, op veel indrukwekkende locaties; daar zit dit dus allemaal achter!  De Friese basis van Claudy rechtvaardigt deze uitgebreide tentoonstelling in het Fries Museum.

WP_20160513_004 - kopie

kring

Het speciale werk: een kring waar je ook in kunt staan; talloze van naturel naar blauw  verlopende strengen. Er omheen de geheel uitgeschreven tekst van een interview met Claudy

Wat ik er verder aantref:

Een grote tentoonstelling over breien. Ik heb dat van huis uit geleerd; mijn vader werkte zelfs bij de Neveda wolfabriek in Veenendaal. Hoewel hij daar een administratieve functie had werden wij toch als gezin ingeschakeld bij het maken van kleur- en materiaalstalen  van breiwol.  Weet je nog dat breiwol werd aangeleverd in strengen, en dat je dan als kind werd ingeschakeld om de omvorming van streng naar knot te faciliteren? De streng om twee handen, een beetje meebewegen als de ander er een bolletje van maakte… Dat handwerk zag ik niet letterlijk terug op de tentoonstelling, maar ergens  moest die tussenstap geweest zijn… er was bijvoorbeeld sprake van dat vrouwen een kluwenhouder aan hun ceintuur droegen om te kunnen breien terwijl ze aan de wandel waren.  Wel heel veel voorbeelden, van heel fijn uitgewerkte babymutsjes tot en met stoere objecten in vrije kunst.

Bewonderenswaardig al die werkstukken met heel dun garen; in mijn jonge jaren waren we toch wat meer van de dikkere draden.

En na mijn textieluitstappen: De Friese historie, met goudvondsten uit de terpen (Friese historie: best wel veel goud aangetroffen als munt en als sieraad; goud werd steeds weer gerecycled maar je ziet toch een ‘dna’ ),

Alle klassiekers in de vorm van schilderijen en objecten om de Friese geschiedenis weer te geven; van het zwaard van Grutte Pier tot en met Pieter Jelles Troelstra en de stamboekkoe.

En dan nog de mythes rond Mata Hari.

Kortom:

Ga vooral kijken in het Fries Museum!

Mijn dag was pas echt goed omdat mijn gesprekspartner van de Friese AeroClub tevens schrijver van vele lesboeken mij ophaalde bij het Museum, me thuis ontving met thee en koek,  een super gesprek had over zweefvliegen en zijn bijdrage in het maken van lessen.. Ik herkende veel van mijn eigen lesbedrijf.

Al weet je alles; het leren aan anderen is een speciale vaardigheid. Je moet snappen wat zij moeilijk vonden om te snappen!

En is dat ook niet zo bij al die (Friese) traditionele vaardigheden?

Vakmanschap is meesterschap!

 

 

 

 

Vandaag had ik een ontmoeting met een Portugese danser die op dit moment studeert aan de dansopleiding Artez  in Arnhem.

Hij stuurde een mail aan mijn zweefvliegclub, en onze coördinator voor dit soort vragen komt dan altijd bij mij terecht. Als onderzoeksproject heeft hij gekozen voor de link tussen dans en vliegen. Aanvankelijk “aviation” maar in gesprek met zijn mentor veranderde dat in “flying”. Immers: Aviation gaat over vliegtuigen maar het idee van, de droom over vliegen is al veel ouder. Het verhaal van Icarus die vleugels van was maakte en naar de zon vloog – waarop zijn vleugels smolten ,met het voorspelbare einde,  dat was eigenlijk het oudste verhaal in dit genre. Leonardo da Vinci ontwierp vliegtuigen die nooit echt vlogen maar hij was wel bezig met de droom. Pas rond 1900 werd er echt gevlogen: de Gebroeders Wright enzo. En als zweefvliegers hebben we natuurlijk Otto Lilienthal. Leuk verteld in http://www.geschiedenisdc.nl/index.php/34-otto-lilienthal

Ik weet veel te vertellen ( en te laten zien) over zweefvliegen. Mijn gesprekspartner heeft een levenslange historie met dans. Wat we zoeken deze dag is de verbinding tussen die werelden. Een interessant zoekproces, waaraan we vandaag zijn begonnen, maar wat nog lang niet klaar is.

Deze vraag bracht mij weer eens  terug bij een beroemd vliegersgedicht dat ik hier laat lezen. De dichter is heel jong gestorven (19 jaar oud) maar het gedicht verwoordt nog steeds het gevoel dat de meeste vliegers wel hebben maar niet durven uitspreken. En niet iedereen voelt echt het goddelijke zoals aan het eind genoemd, maar wel het mysterie..  Wordt vervolgd

High flight (an airman’s ecstasy)

 

Oh, I have slipped the surly bonds of earth

And danced the skies on laughter-silvered wings;

Sunward I’ve climbed and joined the tumbling mirth

Of sun-split clouds – and done a hundred things

You have not dreamed of; wheeled and soared and swung

High in the sun-lit silence. Hovering there

I’ve chased the shouting wind along, and flung

My eager craft through footless halls of air;

Up, up the long, delirious, burning blue

I’ve topped the wind-swept heights with easy grace,

Where never lark nor even eagle flew;

And while, with silent lifting mind I’ve trod

The high untrespassed sanctity of space,

Put out my hand, and touched the face of God.

 

John Gillespie Magee (1922-1941)

Dit is een bekende uitspraak : geniet vooral van het onderweg zijn.

Ja, die kunst beoefen ik al heel lang, als het letterlijk over reizen gaat.

Maar ik merk nu dat het ook steeds meer betrekking heeft op de dingen die me bezighouden.

Natuurlijk, ik ben een zweefvlieger. Maar ik ben vooral bezig met de dingen er omheen: de redactie van het clubblad van de Gelderse Zweefvliegclub http://www.gezc.org/ de ontvangst van gasten, van schoolkinderen tot en met speciale situaties (laatste wens..).  Dat lokte bij een collega-vlieger het commentaar uit: Dat vliegen interesseert jou helemaal niet! Het gaat jou alleen maar om die andere dingen.

En vorige week kwam de parallel boven bij het subject Koorzang. Met 8 jaar ertussen ga ik straks waarschijnlijk weer de voorzittersrol van mijn koor Xing http://xingarnhem.blogspot.nl/ op me nemen (o, pas op, een Van Woerkom-momentje?). Of ik dan ook in de repertoire commissie wil gaan (was de huidige voorzitter ook). Joh, ik heb helemaal geen verstand van muziek!  

Dus.

Ik omschrijf mezelf ook professioneel als een procesdier. Met een inmiddels natuurlijke neiging om me “ermee te bemoeien”, me verantwoordelijk te voelen voor dat proces. De rol van manager.

Maar ik merk steeds vaker dat dat het onbevangen genieten van het moment in de weg zit.

Is het daarom dat ik het nu zo leuk vind om gewoon bezig te zijn met, te genieten van de beginselen van het vioolspelen?

En kan ik dit gevoel ook weer vertalen naar wat er in organisaties gebeurt?

Ooit had ik een relatie met iemand die mij verdacht van “management-truukjes” – ja, dat krijg je ervan.

Zoek de mens in de manager!  

 

.